|
Altolamprologus
Calvus is een endemische subtraatbroeder uit het
Tanganjikameer. Ze worden solitair of paarsgewijs
aangetroffen. Ze leven in het Tanganjikameer van
insectenlarven en jonge visjes. Deze dieren zijn als ze
volwassen zijn helemaal zwart met oplichtende punten op de
schubben, jonge dieren daarentegen zijn vaak een stuk
lichter van kleur. Meestal worden in de handel
alleen jonge exemplaren aangeboden van 3-5 cm groot, zelfs
dan zijn de dieren al een jaar oud, maar een enkele keer
worden er wildvang dieren aangeboden van 7-12 cm groot deze
zijn dan meestal wel kostbaar. Altolamprologus Calvus kan
in het wild maximaal 15 cm groot worden voor het mannetje,
het vrouwtje daarentegen word in de regel niet groter dan 8
cm. In het aquarium worden de dieren enkele
centimeters groter.
Eigen
kweekervaringen met A.Calvus “black” :
Ik heb al eerder een groot wildvang koppel van deze dieren
een paar jaar verzorgd, deze heb ik inmiddels verkocht.
Maar op dit moment ben ik weer in het bezit van een 5 jaar
oud nakweek vrouwtje van 8cm groot en een nakweek mannetje
van 7 cm en nog een jong nakweek koppel van 4-5 cm.
Deze dieren delen hun aquarium met een groepje Cyphotilapia
Frontosa Zaire, 4 Neolamprologus Moorii, 1 koppel
Neolamprologus Buescheri Kapampa en 1 koppel Julidochromis
Regani. Ze tonen geen enkele aggressie tegenover de andere
cichlidensoorten alleen onderling is er agressiviteit.
De andere Neolamprologus soorten reageren altijd agressief
op Altolamprologus Calvus, met name als ze jongen
verzorgen. Het lijkt wel alsof ze instinctief weten dat
deze vissen een gevaar op kunnen leveren voor hun jongen.
Als Altolamprologus Calvus aangevallen word door een andere
vis dan draait hij zijn flank naar de aanvaller toe, op de
flank van A.Calvus zitten harde verdikte schubben, zodat het
voor een aanvaller erg moeilijk,zoniet onmogelijk is om A.Calvus
te verwonden. A.Calvus is dan ook niet onder de indruk en
zwemt meestal rustig weg, zonder zelf van enige agressie
blijk te geven. A.Calvus is een erg rustige vissoort
die geen permanent territorium bezet.
Een volwassen koppel van het geslacht Altolamprologus kan
bij elke Tanganjikacichlide gehouden worden, mits deze maar
groter zijn dan 3 cm.
Kweken in het
aquarium :
Als men Altolamprologus Calvus met enige regelmaat na wil
kweken dan zal men ze een ruime schelp aan moeten bieden.
Deze vissen zijn zonder meer goed na te kweken in gezelschap
van andere cichlidensoorten, de eieren worden diep in de
schelp gelegd door het wijfje, waarna ze bevrucht worden
door het mannetje. Het mannetje past meestal zelf niet
in de schelp, dus gaat hij boven de schelp “hangen” en spuit
hij zijn homvocht in de schelp.
Na het afzetten blijft het wijfje meestal in de opening van
de schelp zitten, men ziet haar regelmatig de schelp ingaan
en dan wuifbewegingen maken met haar staart om de eieren van
vers zuurstofrijk water te voorzien. Het mannetje zwemt
door het hele aquarium heen, maar komt regelmatig even
kijken bij de schelp en het vrouwtje. Als er andere vissen
te dicht in de buurt van de schelp komen dan gaat het
wijfje in de schelp zitten en sluit ze met haar lichaam de
opening af. Zelfs nu vertonen ze nog nauwelijks enige vorm
van agressie tegenover de andere medebewoners.
Na ongeveer 10 tot 12 dagen zie je in de opening van de
schelp jonge visjes verschijnen, de eerste twee dagen
blijven deze nog in de schelp, daarna zwemmen ze onder en om
de schelp heen. In een gezelschapsaqarium lukt het A.Calvus
niet goed om zijn jongen te beschermen, zodat er nauwelijks
wat overblijft van het nest.
Wil men graag jongen overhouden, dan kan men ze beter uit de
schelp schudden op het moment dat men de jongen ziet. Wel
is het leuk om niet alle jongen bij de ouders weg te halen,
zodat men nog kan genieten van de broedzorg van de Calvus.
Het is ook mogelijk om een koppel A.Calvus in een klein
aquarium zonder andere vissen na te kweken. Wel is het
belangrijk dat het koppel het onderling goed kan vinden. Ook
moet men kijken of het mannetje de jongen niet opeet als ze
vrij gaan zwemmen, dit komt soms voor. Als de jongen
ongeveer 2 cm groot zijn dan moet men ze uit de kweekbak
verwijderen zodat het koppel een nieuw nest kan gaan
voorbereiden.
Er zijn nog twee
andere varianten van Altolamprologus Calvus bekend,
namelijk: Altolamprologus Calvus White (Cape Chaitica) en
Altolamprologus Calvus Yellow (Nangu), al deze dieren komen
uit de wateren van Zambia , ook de Balck Calvus komt alleen
in Zambia voor van Cape Chipimbi tot aan Cameron Bay.
In de andere delen van het meer zijn tot dusver geen
Altolamprologus Calvus waargenomen.
Nawoord :
Ik ben eigenlijk van mening dat er in elk Tanganjika-
speciaalaquarium een Altolamprologus soort aanwezig moet
zijn, mede door de makkelijke verzorging en het feit dat
deze dieren geen permanent territorium bezet houden. .
|