|
|||||||||
Artikel beschikbaar gesteld door : |
Eric Lievens Aquarianen Gent | ||||||||
Natuurlijke oorsprong : India, Thailand, Vietnam en de
Maleisische archipel, kortom : het Verre Oosten,waar hij
voorkomt in stilstaande en traagstromende rivieren. Het is een relatief groot wordende botiasoort die ongeveer 24cm kan worden. Zorg dus voor een aangepast aquarium. Het onderscheid tussen een mannetje en vrouwtje is moeilijk te maken ; als u alsnog het verschil wil maken, dan wordt verondersteld dat het vrouwtje iets groter is dan het mannetje. Zoals de meeste, zoniet alle botiasoorten, zijn het nachtaktieve vissen die houden van schemerzones, en zich tijdens de dag zoveel mogelijk ophouden in ingerichte schuilplaatsen in het aquarium, zoals bijvoorbeeld stronken kienhout. Botia modesta is een scholenvis : het houden van minimum 6 exemplaren is een must. Gezien deze soort is uitgerust met baarddraden, moeten wij zorgen voor een fijne zanderige bodem waarin zij graag woelen achter iets eetbaar. Een goed ingericht aquarium voor deze vissoort dient te bestaan uit rond de bodem opgestapelde stenen en/ of stukken kienhout en dit in combinatie met rechtopstaande en langgerekte bladeren. Halve kokosnotenschalen vormen eveneens een uitstekende schuilmogelijkheid. Dit alles samen vormt enerzijds een uitstekende biotoop voor deze botia's en anderzijds een esthetisch uitziend geheel van het aquarium. De watersamenstelling is voor deze Aziatische soort dezelfde als de meeste vissoorten uit het Zuid-Amerikaanse continent, wat betekent een lage hardheid en een lage pH waarde : 6 à 6,5°. Zij houden van een regelmatige waterverversing van ongeveer 10% per week. Het zijn alleseters die zelfs niet aarzelen om, indien het aanbod aan voedsel niet te groot is, algen af te schrapen van onze substraten. Zoals u weet kan aan de vorm van de muil bepaald worden waar een bepaalde vissoort haar voedsel gaat zoeken : een bovenstandige bek duidt op vissoort die zijn voedsel gaat halen aan het wateroppervlak, een onderstandige bek daarentegen duidt het omgekeerde aan. De vis scharrelt achter voedsel in de bodem. Botiasoorten hebben onderaan een afgeplat lichaam om zich gemakkelijk te kunnen voortbewegen op het bodemoppervlak. Meestal wordt in de literatuur vermeld dat botiasoorten alle lagen van het aquarium bevolken. Gezien de vorm van hun lichaam en hun onderstandige muil durf ik het tegendeel beweren. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat als u uw Botia ziet zwemmen in het midden of onder het wateroppervlak, dit duidt op een slechte conditie. Typisch voor deze botiasoort ,zoals ook bij de Botia macracanthus, is het kunnen voortbrengen van een knarsend geluid. Denk niet dat het uw aquarium is die de geest gaat geven. De Botia modesta wordt ook wel de groene modderkruiper genoemd : hij heeft een grijsachtige lichaamskleur die afhankelijk van zijn humeur kan overgaan van blauw naar groen. Met uitzondering van de staartvin die geelkleurig is, zijn de overige vinnen transparant. Deze botiasoort kan gerust samengehouden worden met andere vissoorten. Wist u dat de plaatselijke bevolking deze Botia ook gebruikt als consumptievis? Zij noemen hem de Pla Mu Phao wat eigenlijk witte varkensvis betekent. Wij hebben er uiteraard andere bedoelingen mee! Veel geluk ermee. |
|||||||||
|