Brachydanio rerio

Zebrabarbeel

Artikel beschikbaar gesteld door :

P. Bus A.V. Pronkjuweel
Brachydanio rerio is de latijnse naam van dit visje. Brachydanio betekent ?korte danio', terwijl rerio afgeleid is van een inheemse naam.
Het Zebrabarbeeltje behoort tot de oude bekenden, alhoewel je hem de laatste tijd veel minder ziet als vroeger. Ik ben bang dat daar twee oorzaken voor aan te wijzen zijn:
a. Ze zijn goedkoop in aanschaf.
b. Ze zijn heel sterk ingeteeld.

Om bij het eerste te beginnen, het is toch wel heel erg dat tegenwoordig een visje alleen maar mooi is als het duur is. Wat de inteelt betreft zijn de kwekers in Zuid-Oost Azië er in geslaagd weer alleszins acceptabele Zebra's te kweken die, in een gezond aquarium van 1,5 m. en groter, toch weer zo'n 6 cm. kunnen worden. Bovendien zijn de kleuren weer zeer fraai met op een zilveren, bij het mannetje soms gouden ondergrond, heldere blauwe lengte strepen.

De Zebra voelt zich het best op zijn gemak in aquaria met grote groepen fijnbladerige planten en er moet ook voldoende zwemruimte zijn, dan zult U eens zien hoe mooi, levendig en speels ze zijn. Om deze reden moeten ze niet samen gehouden worden met vissen die van rust houden, want die kunnen ze behoorlijk plagen. Het zijn de kwajongens van het aquarium. Ze komen voor aan de oostkust van India in niet te snel stromende, kleine wateren. Aan de temperatuur stellen ze geen bijzondere eisen; 18 - 22 °C is voldoende, voor de kweek 24 °C, terwijl ze er ook geen bezwaar tegen hebben als de temperatuur eens tot 16 C daalt.

Het kweken is niet moeilijk en, wanneer u geen resultaten van enige honderden jongen wilt, zijn ze zeer goed te kweken in een bakje van 60x30x30 cm. De bodem wordt bedekt met grove kiezel, achter- en zijwanden dicht beplant met Myriophylum. De temperatuur 24 °C en de waterhardheid ca. 10 DH. Plaats hierin 3 mannen en 1 vrouwtje of als het U alleen en uitsluitend gaat om plezier en beslist niet om honderden jongen, maar tevreden bent met ongeveer 50, kunt U ook 6 mannen en 3 vrouwtjes in de kweekbak plaatsen. Meestal onder heftig jagen worden de eieren in de vrije zwemruimte of tussen de planten afgezet. Na het afzetten de ouderdieren verwijderen, want ze lusten hun eigen eieren bijzonder graag. De eieren komen na 36 uur uit en de jonge visjes hangen dan als glassplinters aan planten en ruiten. Na 4 dagen beginnen ze te zwemmen en wordt het tijd ze te voeren. Dit is nu het punt waar veel kwekers tegen opzien, want er wordt altijd gesproken over infuus, fijn gehakte tubifex, cyclops, naupliën, raderdiertjes etc.. Inderdaad buitengewoon goed voer, maar als u geen al te groot nest hebt en U tijdens het voeren goed oplet dat het water niet troebel wordt, dan kunt U de eerste dagen ook goed voeren met fijngewreven hardgekookt eigeel. Als de visjes wat groter worden, na ongeveer 10 dagen, kunt U ze voeren met pas uitgekomen pekelkreeftjes, kleine watervlooien en cyclops. Van de laatste niet te veel want de cyclops die niet opgegeten wordt groeien ook, en vallen na een paar dagen Uw jonge visjes aan. Na vier weken zijn de jongen al zo groot dat ze al bijna alles eten. Voer de ouderdieren in de kweekbak nooit met levend voer. Helemaal niet voeren is nog beter, want meestal zetten goede stellen daags na het inzetten in de kweekbak al af.

P. Bus, A.V. Pronkjuweel

© Copy-right en voorwaarden voor gebruik