|
|
Kweken met Chalinochromis brichardi 'Masked' |
Al zo lang als ik de hobby van vissen houden beoefen
(wat ik nu al meer dan 20 jaar doe) heb ik al vissen uit het
Tanganyikameer Maar om wat voor reden dan ook heb ik tot
voor kort nog nooit vissen gehouden uit het geslacht
Chalinochromis. Ik heb nu wildvang koppels van
Chalinochromis brichardi 'Masked' en Chalinochromis sp. 'Streaked
Masked Mabilibili'. Vrij recentelijk is het mij gelukt een
succesvolle kweek van beide soorten te produceren. In dit
artikel zal ik dieper ingaan op de kweek van Chalinochromis
brichardi 'Masked'.
Ik kwam in het bezit van 2 wildvang koppels van deze soort
en plaatste ze in een bak van 250 liter met een temperatuur
tussen de 25 en 28 graden. Het water was redelijk hard bij
een PH van 8.2. Op de bodem lag een laagje grind van
ongeveer 2,5 cm dik met een normale korrelgrootte. Verder
stond er aan beide kanten in de bak een kleien afzetpot en
in het midden een stapel bloempotten. De bloempotten warren
tussen de 15 en 20 cm en grootte en creëerden een
natuurlijke afbakening tussen de 2 zijden in het aquarium.
Ook boden deze bloempotten talloze schuilplaatsen voor de
vissen. Ik dacht, of liever gezegd hoopte dat er 2 koppels
zouden ontstaan die in harmonie samen zouden leven in
hetzelfde aquarium. Toendertijd had ik geen ruimte om 2
aparte bakken neer te zetten voor de 2 koppels. Ook wilde ik
op deze manier de natuurlijke selectie van een partner
bevorderen onder de vissen.
Het aquarium werd gefilterd door 3 spons filters van normale
grootte en een Aqua-Clear 300 buitenfilter. Wekelijks werd
er 20 procent water ververst en het voer van de vissen
bestond uit een dieet van vlokvoer (cichliden en spirulina),
diepvries artemia en diepvries rode muggenlarven. Onder deze
omstandigheden duurde het niet lang voordat er zich 2
koppels vormden en er gepaard werd. Het dominante mannetje
koos de linkerzijde van het aquarium samen met z’n partner
en het niet dominante mannetje leek het niet erg te vinden
om aan de rechterkant te moeten vertoeven samen met het voor
hem overgebleven vrouwtje. Met bovenstaande aquarium
inrichting in ogenschouw genomen was het interessant om te
zien dat de mannetjes voor het grootste gedeelte aan hun
eigen kant bleven en de stapel bloempotten in het midden
vermijden. Ze kwamen slechts alleen bij de bloempottenstapel
in de buurt om hun vrouwtje te bezoeken of om het andere
mannetje uit hun territorium te verjagen. De vrouwtjes
daarentegen vlogen regelmatig in en uit de bloempotten,
sterker nog ze zaten zelfs meer in de bloempottenstapel dan
ergens anders. Ik was er van overtuigd dat ik binnenkort
jongbroed kon verwachten.
Beide paren hebben een paar keer gekweekt in mijn aquarium.
Na de 2e of 3e kweek van het dominante koppel kwam er ineens
een verandering. Het dominante mannetje begon de boel te
terroriseren en daardoor was ik genoodzaakt om het niet
dominante koppel te verwijderen. Het niet dominante mannetje
was meer dood dan levend. Ik plaatste het niet dominante
koppel in een 400 liter bak waar ook een kweekgroep
Aulonocranus dewindti inzat. Gedurende de daaropvolgende
weken herstelde het mannetje en begon weer paarneigingen
tegenover het vrouwtje te vertonen. Enkele weken later
zorgde het koppel weer voor nageslacht. Ondertussen werd het
dominante mannetje in de 250 liter bak steeds agressiever.
Buiten de paartijd viel hij het vrouwtje onophoudbaar
lastig. Ik moet hierbij wel opmerken dat het mannetje de
jongen geen kwaad deed. Ik kon niet anders dan het vrouwtje
verwijderen uit de 250 liter bak.
Het verwijderen van het vrouwtje leidde tot een aantal weken
van ergernis, aangezien ik geen goede plaats had om het
vrouwtje te huisvesten. In eerste instantie wilde ik haar in
een 40 liter bakje plaatsen in haar eentje. Maar na haar een
paar dagen te laten bijkomen besloot ik om haar in de 400
liter bak te doen samen met het andere koppel. Dit was een
grote fout. Het nieuwe vrouwtje nam al snel de leiding over
en begon het andere vrouwtje lastig te vallen. Het mannetje
liet dit niet op zich zitten en probeerde het nieuwe
vrouwtje mores te leren. Op dat moment besloot ik om een 250
liter bak leeg te maken door wat Victoriameer cichliden in
een andere bak te plaatsen. Hierin plaatste ik het vrouwtje
dat ik eerder in de 400 liter bak had geïntroduceerd. Ik
liet de dingen een tijdje op z’n beloop en eigenlijk deed
het vrouwtje het prima in haar eentje. IN de 2 andere bakken
ging het minder goed. In de 250 liter bak zat het dominante
mannetje constant achter de nog aanwezige grotere jongen aan
te jagen. En in de 400 liter bak was de paarbinding tussen
het koppel verdwenen doordat er een vreemd vrouwtje bij in
had gezeten.
Ik besloot om het dominante mannetje ui de 250 liter bak te
halen en besloot de jongen er in te laten zitten om op te
groeien. Ik voegde het mannetje toe aan de 270 liter bak met
z;n oorspronkelijke maatje. Nadat het mannetje over de
ergste schrik van de verhuizing heen was begon hij de baas
over de bak te spelen. Het duurde niet lang of ik zat weer
met dezelfde problemen als in de 400 liter bak. Het mannetje
domineerde het vrouwtje voortdurend maar liet haar met rust
als ze boven in het water verbleef. Op dat moment besloot ik
om alles rustig z’n gang te laten gaan, aangezien ik het beu
was om de vissen steeds van bak te verhuizen. Op het moment
van het schrijven van dit artikel is het 4 week geleden dat
bovenstaande plaatsvond. Gedurende die 4 weken is alles
rustig geworden en trokken de vrouwtjes steeds meer op met
de mannetjes en zwommen door de hele bak. Deze morgen werd
ik blij verrast met een grote wolk vrijzwemmende jongen in
de 250 liter bak. Hopelijk blijft alles zoals het is, maar
ergens betwijfel ik dat…
Vertaling : Robin Bleeker |