Dwerggoerami |
|||||||||
Artikel beschikbaar gesteld door : |
Peter-Jan Taheij | ||||||||
Kweekverslag van Colisa lalia.
Na maanden wachten op enig teken van een Lamprologus brichardi kweek, heb ik deze dieren de deur uit gedaan om mij volledig te gaan toeleggen op mijn grote liefhebberij: de labyrint vissen. Nu even voor de goede orde de gegevens van de bak: Beschrijving van de paring. Het vrouwtje stoot de man met de bek in de flank, waardoor de man de omstrengeling begint door zijn lichaam te buigen. Het vrouwtje zwemt dan in de lichaamsboog, waarna de man haar stevig omstrengeld. In geen van de negen paaiingen werd het vrouwtje op de rug gedraaid, in tegenstelling tot wat de literatuur beweert. Hierna trillen beide vissen, en dan duurt het nog een fractie van een seconde voordat de eieren te zien zijn. Deze spoten door de verkeerde houding omlaag en zweefden toen langzaam omhoog omdat zij voorzien zijn van een vetdruppeltje waardoor zij een kleiner soortelijk gewicht hebben dan water. Hierdoor komen ze in de buurt van of in het nest terecht, wat bij mijn vissen niet aanwezig was. Ik heb de eerste en laatste paring bestudeerd en de overige zeven afgezogen. De eitjes, ½ mm groot, helder en geelachtig tot kleurloos, heb ik in een plastic twee-liter bakje gedaan. Hierin bleek dat van de in totaal ongeveer 200 eitjes zeker eenderde beschimmeld was. De eitjes waren wit en ondoorzichtig. Ik ben diezelfde avond nog naar onze zeer behulpzame voorzitter Jos geweest, om inlichtingen over kweken te verkrijgen en om methyleen blauw te lenen. Thuisgekomen 7 druppels van het goedje aan het bakje toegevoegd. Daarna de beschimmelde eitjes met een pincet verwijderd. De volgende morgen bleek dat weer een groot deel van de eitjes beschimmeld was, die dag zag ik 's avonds voor het eerst larves, een klein streepje met een bolletje eraan. Dit waren er nu nog een stuk of 60. Dinsdag avond zag ik enkele van die streepjes bewegen, wat wil zeggen dat de larves uitgekomen waren. De volgende dag ben ik begonnen met het voeren van enkele druppels Liquifry. Maar het leek wel alsof ze er niets van aten want van ronde buikjes was niets te zien. Na een week begon het aantal visjes duidelijk te slinken tot ik er op de laatste ledenavond nog slechts één in het plastic bakje had zwemmen. Dit was natuulijk niet veel maar ik heb twee dagen later toch nog een tweede visje uit het biotoop aquarium kunnen vangen, waardoor ik nog enige kans heb op volwassen nakomenlingen. Het vrouwtje van het koppel is achteruit gegaan, en ondanks het apart voeren vertoont zij nu begin oktober nog geen nieuwe kuitaanzet. De man is echter volop bezig met een schuimnest, en baltst in zijn vrije tijd voortdurend voor het vrouwtje. Uit dit verhaal blijkt natuurlijk dat ik nogal wat vragen heb. Hier volgen ze: Peter-Jan Taheij.
Naschrift : 18 jaar na het schrijven van dit artikel kreeg Peter-Jan de volgende reactie die ik u zeker niet wil onthouden : Antwoord: |
|||||||||
|