Synodontis multipunctatus

Koekoekmeerval

Artikel beschikbaar gesteld door :

Bron :

Harold en Derek Walker,
Missouri Aquarium Society AQUARTICLES•COM
 

Het kweken met Synodontis multipunctatus


De afgelopen jaren is de meerval steeds populairder geworden. Een van de redenen is dat er meer informatie over het kweken van deze fantastische schepsels is vrijgegeven. Er zijn duizenden verschillende soorten die verkrijgbaar is in de hobby. Sommige van de populairdere typen komen uit Afrika. De Synodontis is een soort die wordt gevonden in de meren en traag stromende rivieren. Sommige Synodontis-soorten worden slechts enkele centimeters lang, terwijl andere soorten wel twee meter lang kunnen worden. Zij worden door de vorm van hun mond, het aantal van de vinstralen (anale en borst), tanden, ogen, kleur enzovoort van elkaar onderscheiden.
De Synodontis is een omnivoor. Ze eten zowel alle soorten levend als plantaardig voedsel. Ook diepvriesvoer werd vlot geaccepteerd. Ik voerde ook spirulina en algenvlokken. Bijna alle soorten zouden nachtdieren zijn. Overdag verbergen ze zich en s’nachts gaan ze op zoek naar voedsel. De dieren die ik heb komen overdag wel eens tevoorschijn maar bij elke onverwachte beweging verbergen ze zich.
Deze bijzondere meervallen zijn heel sterk. De watersamenstelling is niet zo belangrijk zolang uitersten vermeden worden. Sommige soorten kunnen in een pH niveau van 6,5 tot 7,5 leven, terwijl de meervallen uit de Rift-meren een pH niveau van 8,0 tot 8,5 nodig hebben. De temperatuur mag tussen de 21 en 29 ° Celsius zijn. Er worden geen speciale eisen aan de filtering gesteld. Zolang u een regelmatig waterverversing toepast is de Synodontis tamelijk gemakkelijk te houden. Zorg er wel voor dat het aquarium groot genoeg is voor de soort die u houdt.
Synodontis multipunctatus is ook bekend als de Koekoekmeerval. Zij kregen deze naam toen ontdekt werd dat zij muilbroedende cichliden gebruikten als gastheer om hun eieren uit te broeden. S. multipunctatus is tamelijk gemakkelijk te kweken. Het is moeilijk om volledig uitgegroeide volwassen dieren te vinden. Wij konden een drietal dieren krijgen van Chad Christen. Hij kweekt ze al een tijdje. Na het lezen van verschillende boeken en artikelen en het uithoren van Chad hebben wij hen ook kunnen kweken.
Toen wij ons trio binnen kregen hebben wij hen in een aquarium van 350 liter geplaatst. Wij gebruikten Haplochromis sauvaei als de gastheer vis. De inrichting van het aquarium was eenvoudig. We plaatsten drie terracotta potten in het aquarium. Die werden snel in beslag genomen door de meervallen. Na een paar weken waren ze aan hun nieuwe tehuis gewend. Wij voerden hen grote hoeveelheden krachtig voer om de vrouwtjes te conditioneren om af te gaan zetten. Hetzelfde geldt voor de gastheer vis. Zonder een goede gastheer zult u geen jongen krijgen.
Op een gegeven moment merkten wij dat de mannelijke Haplochromis sauvagei probeerde zijn vrouwen te verleiden om af te gaan zetten. Zodra dit gebeurt zal de mannelijk S. multipuctatus gaan patrouilleren in de buurt van de afzetplek om de broedpogingen van de Haplochromissen te onderzoeken. Als die aan de gang gaan gaat het mannetje zijn vrouwtje halen. Die verlaat haar hol om zelf even poolshoogte te gaan nemen. Als zij denkt dat er nog niets gebeurt gaat ze weer terug naar haar hol om zich te verbergen. Indien ze vindt dat het wel gaat gebeuren achtervolgt het mannetje haar door heel het aquarium tot de gastheer vis met afzetten begint. Op het moment dat het vrouwtje van de gastheer vis begint met eieren afzetten komen de multi’s tussenbeiden, terwijl ze dikwijls de eieren van de Haplochromissen opeten. Gelijktijdig zet het vrouwtje haar eieren af die door het mannetje worden bevrucht. Als dit gebeurd denkt het Haplochromisvrouwtje dat het haar eieren zijn en zal ze in haar bek nemen. Dit proces kan enige tijd in beslag nemen omdat iedere keer als de meervallen tussenbeide komen, het gastheer mannetje zal trachten ze te verjagen.
De eieren van de S. multipunctatus zullen na 48 tot 72 uur uitkomen. Zij ontwikkelen zich veel sneller dan die van de Haplochromis. Na 72 uur gaan de Synodontissen eten. Zij zullen beginnen de onontwikkelde Haplochromis eieren een voor een op te eten. Als ze op dit moment niet worden “uitgeschud” (overigens een methode die ik niet direct kan waarderen, * noot vertaler) zullen sommige jongen zich zelfs aan elkaar vergrijpen.
Van ons eerste broedsel kwamen 14 jongen uit. We begonnen ze te voeren met pas uitgekomen Artemia-naupliën, maar na een maand voerden wij al met volwassen Artemia en fijn gehakte bloedwormen. Ze schijnen altijd hongerig te zijn. Het is noodzakelijk om ze enkele keren per dag te voeren. Met een goed dieet en regelmatige waterverversingen waren onze pas uitgekomen jongen al meer dan een centimeter groot binnen twee maanden. Op deze manier zal het niet lang duren voordat ze zelf voor jongen kunnen gaan zorgen.


Vertaling Jan Bukkems
© Copy-right en voorwaarden voor gebruik