Hoewel aquariumhouden uiterlijk veel verschilt van het leven in de vrije
natuur, zijn de spelregels der natuur ook van toepassing voor het leven
in de bak.
Alle dingen die buiten heel normaal zijn en we binnen de bak niet kunnen
bereiken, zullen we op de een of andere manier moeten vertalen in wel bruikbare
dingen. Anders zou het niet mogelijk zijn om leven uit de natuur buiten,
binnen in leven te houden.
De ZON straalt naast licht ( dat planten vertalen in energie ) ook
warmte uit. Voor een aquarium gebruiken we tl-buizen i.p.v. het zonlicht
en een verwarmingselement i.p.v. zonnewarmte.
De WIND zorgt voor water-beweging waardoor een groter wateroppervlak
ontstaat. Zuurstof (nodig voor planten, vissen en bacteriën ) dringt
via het wateroppervlak door tot in het water. Hoe groter dit oppervlak
is, des te groter is het opnemend vermogen
en des te meer zuurstof dringt er door in het water. Met luchtpomp
of filter kunnen we dit zelfde effect bewerkstelligen.
De REGEN zorgt voor een aanvulling van het waterniveau en er zal bij
langdurige regenval ook via land water in de sloot of plas stromen. Dit
water neemt allerlei stoffen mee die een welkome aanvulling zijn op de
stoffen die al in het water zaten.
De STROMING zorgt voor een constante aanvoer van vers water en de afvoer
van vuil water, ondertussen vele stoffen met zich mee slepend. In de bak
is dit niet haalbaar en maar goed ook, want met zo'n geringe hoeveelheid
water als in de bakken zit zou het te snel gaan. Regelmatig de bak afhevelen
en ander water erbij
is de beste oplossing. ( ongeveer 25 % per maand ). Elk filtersysteem
zorgt voor een watercirculatie.
Het GRONDWATER speeIt in de natuur ook nog een rol. Door de poreuze
wanden van sloten en plassen vindt er een uitwisseling plaats van water
en stoffen. Voor een aquariaan is dit niet na te bootsen en de praktijk
wees uit dat het best zonder kan.
De BACTERIEN of micro-organismen komen we overal tegen, zelfs onder
de waterspiegel. Er bestaan echter twee soorten; zuurstofminnende
en zuurstof hatende, die natuurlijk onder te verdelen zijn in talrijke
onder soorten. Bacteriën die zuurstof gebruiken horen tot die
groep die afvalstoffen omzetten in opgeloste voedingsstoffen voor planten
en deze hebben we dan ook nodig in de bak.
De ALGEN zijn de vuilnismannetjes van de natuur en dienen om alle overbodige
stoffen op te ruimen. Er zijn echter zoveel soorten dat het ondoenlijk
is, voor zo ver bekend, hier dieper op in te gaan.
Voor de soorten die in een aquarium voor kunnen komen geldt ook dat
er iets op te ruimen valt. Hoe viezer van kleur, des te erger de troep
of des te groter de vervuiling is van de bak.
De PLANTEN die in de natuur onderwater staan, noemt men waterplanten.
Dit zijn vaak slappe beweeglijke planten die voedsel d.m.v. hun
bladeren opnemen. Zo ontrekken ze opgeloste voedingsstoffen aan het water.
Naast deze door bacteriën gemaakte voedingsstoffen nemen planten bovendien,
overdag, nog koolzuur op. Dit (o.a. door vissen
uitgeademde koolzuur) zetten zij om in zuurstof. Voor dit alles hebben
zij wel energie nodig, wat planten weer halen uit zonlicht.
In de bak gaat het met deze waterzuiveraars al niet anders, alleen
moeten we ze de kans geven om voldoende energie uit de tl-verlichting te
kunnen halen.
De VISSEN zorgen er voor dat levensvormen die zich te snel ontwikkelen
binnen de perken worden gehouden. Immers volgens de regels der natuur moet
alleen de soort instant gehouden worden. Hun voedsel kan uit van alles
en nog wat bestaan, afhankelijk van hun plaats in de kringloop. Tussen
plankton, algen, visse-eitjes, muggenlarven en soortgenoten is van alles
mogelijk. Helaas staat het droogvoer niet
op hun menu, het is dus raadzaam hier sporadisch gebruik van te maken.
Vissen ademen net als de mens, zuurstof in en koolzuur uit en verbranden
een gedeelte van hun voedsel in de darmen. Het restant of de overblijfsels
smijten ze gewoon in het water.
De BODEMGROND in de natuur kan uit allerhande materialen bestaan, hetgeen
afhankelijk is van de omgeving waardoor het water stroomt.
Een aquarium inhoud is te klein om hier rekening mee te houden, want
er zou al snel waterbederf optreden en de kans op algen is daardoor zeer
groot.
De KRINGLOOP in de natuur is een bijna niet te evenaren iets. Alles
is op elkaar afgestemd, zoveel van dit, zoveel van dat. Niets gebeurt overhaast,
maar ook niet te traag, alles op z'n tijd. Ook voor een aquarium
waar mensenhanden van tijd tot tijd mee moeten helpen gelden deze regels.
Met grote regelmaat moeten we de vissen
voeren en de bak verzorgen, van enig uitstel mag geen sprake zijn.
Het BIOLOGISCH EVENWICHT is voor de natuur en de bak even belangrijk.
De verhouding tussen planten, vissen, voedsel, afval, bacteriën enz.,
enz. moet van dien aard zijn dat er geen overschot ontstaat van het een
of ander, net zo min als er een tekort zou mogen zijn. In de bak komt er
nog een ding bij; n.l. het regelmatige onderhoud dat u zelf moet doen.
Het WATER in de natuur kan wat de samenstelling betreft van plaats
tot plaats verschillen. Twee belangrijke gegevens voor de aquariaan die
vrij eenvoudig te meten en/of te veranderen zijn, zijn de zuurgraad en
de hardheid van het water. Bij veel planten en vissen is het de gewoonte
om deze gegevens, vaak gemeten in de wingebieden, er bij te vermelden.
Naast de temperatuur is dus de Ph (zuurgraad)
en de Dh (hardheid) van het water een gegeven waarmee men kan werken.
Verander echter nooit iets ineens, te snelle wijzigingen kunnen fataal
zijn voor plant of vis. Ook raden wij u aan om alleen maar natuurlijke
middelen te gebruiken '
Bij ZIEKTES in de natuur wordt een vis omdat hij dan trager is, opgegeten,
bij ons in de bakken proberen we te redden wat er te redden valt. Bedenk
echter een ding - Ga NOOIT experimenteren in de gezelschapsbak met geneesmiddelen.,
dit kan fataal worden voor de rest. Zet de zieke vis apart, alleen dan
weet u zeker dat u van uw bak geen chemisch laboratorium maakt.
© 2000 AquaVISie