(Ahl, 1924) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens
|
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Over het algemeen is het een vreedzame vis die uitstekend
samen kan worden gehouden in een gezelschapsaquarium samen
met andere vreedzame vissen. Alleen kunnen mannetjes
onderling agressief worden. Het is dan ook het beste
om een mannetje samen te houden met meerdere vrouwtjes.
Het aquarium moet aan de randen en achtergrond dicht worden
beplant met fijnbladerige planten. In het midden moet
voldoende vrije zwemruimte worden open gelaten. Een
gedempte verlichting en een donkere bodem doen de kleuren
beter tot hun recht komen. Aangezien het goede
springers zijn is een goed sluitende afdekruit noodzakelijk.
Ze zijn tamelijk gevoelig voor nitraat, een regelmatige
waterverversing is dus aan te raden. Als ze te warm
worden gehouden leven ze korter. Ze moeten worden gevoerd met klein, levend en diepvriesvoer. Droogvoer wordt zelden geaccepteerd. De kweek is niet moeilijk. De eieren worden afgezet tussen fijnbladerige planten of een afzetmop. Het is mogelijk om de ouders in het kweekaquarium te laten, maar overbrengen naar een apart aquarium geeft hogere resultaten. De jongen komen na 2-3 weken uit. Ze kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Sam Jaffe | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
© Copy-right en voorwaarden voor gebruik |