(Boelenger, 1911) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Deze oppervlaktevis kan alleen of in een los schooltje
gehouden worden. Alleen echt kleinere vissen worden
als voedsel gezien. Het aquarium kan dicht worden
beplant, alleen aan het oppervlak moet tamelijk veel vrije
zwemruimte worden open gelaten. Het zijn zeer goede
springers dus een afdekruit is geen overbodige luxe. Als voedsel moet levend voer worden gegeven. Ook droogvoer dat op het wateroppervlak blijft liggen wordt geaccepteerd. De kweek is redelijk eenvoudig. Een paartje moet in een apart kweekaquarium beplant met javamos onder gebracht worden. Een afzetmop is ook mogelijk. De eieren moeten worden uitgelezen en onder gebracht worden in broedschalen met een schimmelwerend middel. Zodra de jongen uitkomen eten ze onmiddellijk Artemia-naupliën. Ook in een dicht beplant aquarium met voldoende javamos zullen er regelmatig jongen verschijnen. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Haplochilus grahami, Aplocheilus grahami,
Panchax grahami, Panchax superbus, Epiplatys superbus,
Panchax zenkeri, Epiplatys zenkeri, Epiplatys
nigromarginatus, Epiplatys grahami nigromarginatus,
Haplochilus spilargyreius, Panchax ansorgii
|
||||||||||||||||||||||
|