(Meek, 1904) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Ten opzichte van soortgenoten is het mannetje tamelijk
agressief. Als er meerdere exemplaren worden gehouden
is het dus belangrijk om ze de ruimte te geven. Het
aquarium moet dicht worden beplant om voldoende
schuilplaatsen te creëren. Ook een flink aantal
drijfplanten zijn belangrijk. Aangezien het goede
springers zijn, zijn dekruiten noodzakelijk. Als voedsel moet levend voer worden gegeven. De kweek is niet al te moeilijk. De soort is vrij productief. De eieren worden in een afzetmop of in de turfbodem afgezet en bevrucht. De eieren kunnen uitgelezen worden of samen met de (zacht uitgeknepen) turf in een plastic zakje enige weken worden bewaard op een koele plaats. Als er daarna vers water wordt opgegoten komen de jongen direct uit. Ze accepteren onmiddellijk Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniem : Rivulus tenuis IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|