(Lönnberg, 1895) |
|||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | |||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||
Een levendige, vrij agressieve seizoensvis, die nogal wat ruimte nodig heeft. Een dicht beplant aquarium met voldoende schuilmogelijkheden wordt zeer op prijs gesteld. De watersamenstelling is niet zo belangrijk, maar mag niet te hard zijn. Een PH van minder dan 6.5 is wel belangrijk.
Als voer wordt alleen levend voer, zoals tubifex, muggenlarven en encytreeën geaccepteerd. Als seizoensvissen zijn het bodemleggers. De eieren worden in turf afgezet. Na afzetten wordt de turf verwijderd en uitgeknepen en 4-6 weken bewaard bij een temperatuur van 18-20º. De turf mag niet uitdrogen. Na opgieten van water komen de jongen uit en kunnen worden gevoerd met Artmia-naupliën. |
|||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||
|