(Kullander, 1980) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Rustige dwergcichlide die uitstekend kan worden samen
gehouden met andere kleine vissen. Het is niet aan te
raden om ze met grotere vissen samen te houden aangezien ze
dan schuw worden en zich gaan verstoppen. Een mannetje
moet met meerdere vrouwtjes worden gehouden. De
vrouwtjes hebben hun eigen territorium binnen het
territorium van het mannetje. In grotere aquaria
(vanaf 1,50 m) is het mooi om 2-4 mannetjes met 6-10
vrouwtjes te houden. Het aquarium moet dicht worden
beplant en verder met stenen, kienhout en wortels worden
ingericht zodat schuilplaatsen ontstaan. Een
regelmatige flinke waterverversing is zeer aan te
raden.
Als voedsel moet klein levend voer worden gegeven in de vorm van Artemia en kleine watervlooien. Muggenlarven en tubifex moeten vermeden worden. De kweek is niet eenvoudig. Een goed bij elkaar passend koppel zal bij zuur en zeer zacht water tot 250 eieren in een hol afzetten en bevruchten. De eerste 10 dagen wordt het broedsel door het vrouwtje verzorgd en bewaakt, terwijl het mannetje het grote territorium verdedigt. Zodra de jongen vrij zwemmen zal ook het mannetje zich regelmatig met de broedzorg gaan bemoeien. De jongen kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Yoritaka Honda |
||||||||||||||||||||||
IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|