 |
(Kullander, 1986) |
|
||||||||||||||||||||
 |
 |
 |
 |
|||||||||||||||||||
| Verklaring van de tekens
|
||||||||||||||||||||||
 |
 |
|||||||||||||||||||||
 |
||||||||||||||||||||||
|
|
|
|||||||||||||||||||||
|
Vreedzame dwergcichlide die goed met andere kleinere vissen
kan worden samen worden gehouden. Gezelschap van
grotere vissen is niet aan te raden. In een aquarium
van voldoende grootte kan een groepje van deze dieren worden
gehouden. Het aquarium moet dicht worden beplant en
verder worden ingericht met kienhout en wortels zodat
schuilplaatsen ontstaan. De soort is enigszins
gevoelig voor een wisselende waterkwaliteit. De
waterverversing moet regelmatig dus met kleine hoeveelheden
plaats vinden. Het is niet aan te raden om ze
langdurig bij hogere temperaturen te houden. Als voedsel moet klein levend voer worden gegeven zoals Artemia en Cyclops. In de vrije natuur is het een detritus eter. In geen geval mogen muggenlarven en tubifex worden gegeven. De kweek is eenvoudig. De eieren worden in een hol afgezet en bevrucht. Het legsel wordt door het vrouwtje verzorgd. Na het vrij zwemmen worden de jongen nog gedurende een viertal weken door het vrouwtje verzorgd. Ze kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
Lance R. Peck |
|
|||||||||||||||||||||
 |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
