(Steindachner, 1878) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Zeer vreedzame soort die niet echt voor het
gezelschapsaquarium geschikt is. In een te druk
aquarium wordt hij snel onderdrukt en laat zich niet meer
zien. Hij kan dan ook het beste in een
speciaalaquarium gehouden worden met een aantal paartjes,
eventueel vergezeld van wat andere, zeer rustige en kleine
vissen. Het aquarium moet zeer ruim zijn en dicht
worden beplant. De soort is zeer gevoelig voor
ziektes. Het aquarium moet dus pijnlijk zuiver
gehouden worden. Als voedsel moet klein levend voer worden gegeven, waarbij in de gaten moet worden gehouden dat het voer niet afkomstig mag zijn uit vervuild water. Zwarte muggenlarven worden graag gegeten. Diepvriesvoer wordt ook geaccepteerd. Af en toe ook droogvoer. De kweek is niet eenvoudig. De soort is eierlevendbarend en na een draagtijd van 4 weken worden 10 tot 20 jongen geboren. Als voedsel kan men het beste zeer kleine infusoriën geven. Artemia-naupliën kan men slechts als noodvoer gebruiken. Kleine algjes worden graag gegeten. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Andreas John |
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Gambusia episcopi, Priapichthys episcopi,
Gambusia latipunctata IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|