 |
(Loiselle, 1979) |
|
||||||||||||||||||||
 |
 |
 |
 |
|||||||||||||||||||
| Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
 |
 |
|||||||||||||||||||||
 |
||||||||||||||||||||||
 |
|
|||||||||||||||||||||
|
Deze vis moet paarsgewijs gehouden worden en is in de
broedtijd zeer agressief en territoriaal. Het aquarium
moet dan ook groot genoeg zijn. Het aquarium moet
worden ingericht met kienhout en wortels zodat
schuil[plaatsen ontstaan en verder worden beplant met harde,
goed verankerde planten omdat in de broedtijd sterk in de
bodem wordt gegraven. Enige vlakke stenen voor het
afzetten van eieren worden op prijs gesteld. Een gedempte
verlichting en een donkere bodem doen de kleuren beter tot
hun recht komen. Het samen houden met andere
Hemichromis-soorten moet worden vermeden omdat ongewenste
kruisingen gemakkelijk voor komen.
Het is een alleseter. Er moet dus gevarieerd worden gevoerd met levend, diepvries- en droogvoer. De kweek is niet al te moeilijk. Tot 300 eieren worden op een vlakke steen afgezet en bevrucht. Beide ouders bemoeien zich intensief met de broedzorg. Na 3 dagen komen de eieren uit en worden de larven onder gebracht in broedkuilen. Nog een week later zwemmen de jongen vrij en kunnen ze worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
Jan Bukkems |
|
|||||||||||||||||||||
 |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
