(Steindachner, 1909) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Deze vis bewoont slakkenhuizen en er moet dus voor dit soort
onderkomens worden gezorgd. Zo'n slakkenhuis is het
centrum van het territorium en wordt door de bewoners
energiek verdedigd. Het aquarium kan verder worden
ingericht met stenen en een zandige bodem. Planten
worden met rust gelaten en kunnen dus ook als decoratie
worden gebruikt. Aangezien de soort nogal woelt in de
buurt van het slakkenhuis is het aan te raden om deze
planten niet te gebruiken in de onmiddellijke omgeving van
het slakkenhuis. De soort kan in kleine groepjes
worden gehouden.
Als voedsel moet levend voer worden gegeven. Diepries- en droogvoer worden ook geaccepteerd. De kweek is niet al te moeilijk. Tot 60 eieren worden in een tevoren schoongemaakt slakkenhuis afgezet en bevrucht. Vanaf dat moment worden beide ouders zeer fanatiek in het verdedigen van het territorium. Na het uitkomen verlaten de jongen zeer snel het slakkenhuis. Ze kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Julidochromis boulengeri, Lamprologus
boulengeri, Lamprologus kiritvaithai, Neolamprologus
kiritvaithai
|
||||||||||||||||||||||
|