(Teugels & Roberts, 1990) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Vreedzame , kleine soort die het beste kan worden samen
gehouden met andere kleinere en rustige vissen. Ze
leven in kleine groepjes en de mannetjes houden er een klein
territorium op na. Het aquarium moet dicht worden
beplant zodat schuilplaatsen ontstaan. Een donkere bodem en
een gedempte verlichting worden zeer op prijs gesteld.
Een regelmatige waterverversing is noodzakelijk. Het
is door zijn geringe grootte geen echt eenvoudige vis om te
houden. Als voedsel moet bij voorkeur afwisselend zeer klein levend voer zoals Artemia-naupliën worden gegeven. Fijngewreven droogvoer wordt ook wel geaccepteerd. Over de kweek in het aquarium is nog niet veel bekend. De eieren worden tussen fijnbladerige planten zoals javamos afgezet en bevrucht. De larven komen na 24 tot 36 uur uit. Zodra de jongen vrij zwemmen kunnen ze worden groot gebracht met zeer kleine infusoriën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
|