(Trewavas, 1935) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens
|
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Ten opzichte van andere bewoners is deze soort tamelijk
vreedzaam, onderling zijn ze echter vrij onverdraagzaam.
Het is dan ook het beste om een mannetje met meerdere
vrouwtjes te houden. Het aquarium moet aan de randen
en achtergrond worden ingericht met stenen zodat
schuilplaatsen ontstaan. In het midden wordt een
zandige bodem zeer op prijs gesteld. In de vrije natuur worden de rotsen afgegraasd tussen de z.g. "aufwuchs" naar kleine eencelligen. In het aquarium kunnen ze gevoerd worden met levend en diepvriesvoer zoals mysis, Artemia en cyclops. Een belangrijk deel van het menu moet echter ook uit plantaardig voedsel bestaan in de vorm van b.v. spirulina. De kweek is niet al te moeilijk. Na het afzetten worden de eieren door het vrouwtje onmiddellijk in de bek genomen en vervolgens door het mannetje bevrucht met de z.g. eivlekmethode. 17 - 20 dagen later verlaten de jongen voor het eerst de bek van de moeder. Enkele dagen later worden ze aan hun lot over gelaten. Ze kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Jan Bukkems | ||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Pseudotropheus microstoma, Pseudotropheus
tropheops microstoma
|
||||||||||||||||||||||
© Copy-right en voorwaarden voor gebruik |