(Duméril, 1861) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Levendige, vreedzame scholenvis die het beste kan worden
samen gehouden met andere kleine vissen die voornamelijk de
onderste waterlagen bevolken. Aangezien ze tamelijk
schuw en schrikachtig zijn moet het aquarium aan de randen
en achtergrond dicht worden beplant zodat ze weg kunnen
schuilen. In het midden moet veel vrije zwemruimte
worden open gelaten. Een donkere bodem en een gedempte
verlichting doen de kleuren beter tot hun recht komen.
Een goede filtering en een regelmatige waterverversing
worden zeer op prijs gesteld. Aangezien ze uit de
brakwatergebieden komen is een toevoeging van 2-3 eetlepels
zeezout op 10 liter waternoodzakelijk. Als voedsel moet levend voer worden gegeven. Diepvries- en droogvoer wordt ook geaccepteerd. De kweek is niet zo eenvoudig. Een klein aantal eieren worden tussen fijnbladerige planten afgezet en bevrucht. De eieren komen in een duister aquarium na een tweetal weken uit. Licht vertraagt de ontwikkeling van de eieren. De jongen kunnen worden groot gebracht met infusoriën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Poecilia spilauchena, Aplocheilus spilauchen,
Epiplatys spilauchen, Haplochilichthys spilauchen,
Haplochilus spilauchen, Haplochilus spilauchenus, Panchax
spilauchen, Aplocheilichthys spilauchena, Haplochilichthys
spilauchena, Haplochilus spilauchena, Aplocheilichthys typus,
Poecilia bensonii, Aplocheilichthys bensonii,
Aplocheilichthys tschiloangensis, Poecilia spilargyreia,
Aplocheilichthys schoelleri, Haplochilus macrurus
|
||||||||||||||||||||||
|