(Hilgendorf, 1888) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Mannetjes van deze soort hebben grote territoria en zijn bij het verdedigen daarvan redelijk agressief. Het aquarium moet ingericht worden met stenen zodat veel schuilgelegenheden ontstaan. Aangezien planten met rust worden gelaten kan het aquarium verder worden ingericht met harde planten die worden gebruikt als markering van territoria. Fijn zand als bodemgrond en voldoende vrije zwemruimte worden op prijs gesteld. Een mannetje moet met meerdere vrouwtjes worden gehouden.
Het zijn alleseters met een voorkeur voor algen. Er kan dus voor voldoende variatie in het menu worden gezorgd. De kweek is redelijk eenvoudig. 30-40 eieren worden door het vrouwtje in de bek genomen en bevrucht met behulp van de eivlekmethode. De broedzorg van het vrouwtje duurt 2-3 weken. Als de jongen de bek verlaten kunnen ze worden groot gebracht met klein levend voer en fijngewreven droogvoer. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Chromis obliquidens, Ctenochromis obliquidens,
Tilapia obliquidens, Hemitilapia bayoni, Clinodon bayoni,
Haplochromis nuchisquamulatus, Tilapia nuchisquamulata
|
||||||||||||||||||||||
|