(Hamilton, 1822) |
||||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||
Snelzwemmende
scholenvis die veel vrije ruimte nodig heeft. Aan de zij- en
achterkanten matige beplanting en een grove bodem.
De vis is een alleseter. Het is dus verstandig om veel variatie in het menu aan te brengen. De kweek is eenvoudig. Wel is opmerkelijk de trouw van partners aan elkaar. Ze zetten moeilijk met anderen af. Voor de kweek moeten de vissen dus goed worden bestudeerd. De kweekbak inrichten met dichte planten en grove kiezel. Eerst het vrouwtje in de bak en dan 's avonds het mannetje erbij. De volgende ochtend worden de 400-500 eieren afgezet. Na het afzetten moeten de ouders verwijderd worden. Met stofvoer opfokken. De jongen groeien snel. |
||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Cyprinus rerio, Barilius rerio, Brachydanio rerio, Nuria
rerio, Cyprinus chapalio, Perilampus striatus, Danio lineatus,
Brachydanio frankei, Danio frankei
|
||||||||||||||||||||||||
|