(Büscher, 1991) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Kleine slakkenhuisbewoner die het beste in een aquarium met
andere kleinere cichliden kan worden gehouden. Het
beste kunnen 2 mannetjes met een viertal vrouwtjes worden
gehouden. Er moeten voldoende slakkenhuizen aanwezig
zijn waar de dieren zich bij gevaar in terug kunnen trekken.
Verder moet het aquarium ingericht worden met stenen zodat
schuilplaatsen ontstaan. Planten worden met rust gelaten en
kunnen dus ook als decoratie worden gebruikt.
Een zandige bodem wordt zeer op prijs gesteld.
Als voedsel moet klein levend voer worden gegeven zoals muggenlarven en Artemia. Droogvoer wordt ook geaccepteerd. De kweek is redelijk eenvoudig. De eieren worden in een slakkenhuis afgezet en bevrucht. Bij een temperatuur van 27 graden komen de larven al uit. Na ongeveer 10 dagen verlaten de jongen voor het eerst het slakkenhuis. Ze kunnen worden groot gebracht met Artemia-naupliën. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|