(Blyth, 1860) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Vreedzame scholenvis die erg veel vrije zwemruimte nodig
heeft. Het aquarium moet dus niet al te dicht beplant
zijn. Deze soort is uitstekend geschikt voor het
gezelschapsaquarium. Het is een alleseter, dus er kan voor voldoende variatie op het menu worden gezorgd. De kweek is zeer eenvoudig. In een kweekaquarium kunnen diverse mannetjes en vrouwtjes worden samen gezet. Het aquarium hoeft niet echt beplant te worden, maar de bodem moet wel voorzien worden van een afzetrooster aangezien de ouders eierrovers zijn. Een laag knikkers voldoet ook. Na het afzetten moeten de ouderdieren worden verwijderd. Na 36-48 uur komen enkele honderden jongen uit. Als ze vrij zwemmen kunnen ze worden groot gebracht met Liquifry en later fijngewreven droogvoer. De jongen groeien snel. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Jan Bukkems |
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Nuria albolineata, Brachydanio albolineatus,
Danio albolineata, Branchydanio albolineatus, Danio
stoliczkae, Danio pulcher, Danio tweediei, Danio tweedei
|
||||||||||||||||||||||
|