(Büscher, 1992) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Voor deze bewoner van slakkenhuizen uit het Tanganyikameer moet het aquarium ingericht worden met een zandige bodem. Op deze bodem moeten slakkenhuizen worden gelegd
die als schuilplaats voor deze vissen kunnen dienen. Rondom zo'n slakkenhuis wordt een territorium ingericht dat fel wordt verdedigd. Het beste komen ze tot hun recht in gezelschap van andere cichliden uit het Tanganyikameer.
Het zijn alleseters met een voorkeur voor levend voer. De kweek is redelijk eenvoudig. Tot 30 eieren worden in de slakkenhuizen afgezet en bevrucht. Ze kunnen worden grootgebracht met fijngewreven droogvoer en Artemia-naupliën. De jongen worden nog geruime tijd in de buurt van het nest geduld. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Synoniem : Lamprologus similis IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|