(Bowers & Stauffer, 1997) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Onderling zijn de mannetjes van deze soort extreem
agressief. Het is dan ook verstandig om 1 mannetje te
houden samen met meerdere vrouwtjes. Ook is het niet
aan te raden om ze samen te houden met andere
Melanochromis-soorten omdat dan dezelfde agressie optreedt.
Ook is er dan een grote kans op ongewenste kruisingen.
Het aquarium moet aan de randen en achtergrond worden
ingericht met stenen zodat holen en schuilplaatsen ontstaan. In de vrije natuur voeden deze dieren zich met eencelligen die zich tussen de algen op de rotsen bevinden. In het aquarium kan men ze Artemia geven en plantaardig voedsel in de vorm van spirulina. De kweek is tamelijk eenvoudig. Tot 30 eieren worden gelegd en onmiddellijk door het vrouwtje in de bek genomen. Ze worden door het mannetje bevrucht met behulp van de eivlek-methode. Het vrouwtje trekt zich daarna terug tussen de rotsen. Na 21 dagen verlaten de jongen de bek en zijn ze op zichzelf aangewezen. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Jan Bukkems |
||||||||||||||||||||||
Synoniem : Melanochromis cyaneorhabdos
|
||||||||||||||||||||||
|