(Müller & Troschel, 1849) |
||||||||||||||||||||||
Verklaring van de tekens | ||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Tamelijk vreedzame, enigszins schuwe soort die ook met
soortgenoten in een aquarium dat groot genoeg is in een
groep kan worden samen gehouden. Tot voor enige tijd werd de
soort ook verward met de
Satanoperca jurupari. De bodem moet bestaan uit
niet te scherp en niet te groot grind of zand, zodat er
tussen naar voedsel kan worden gezocht. Het aquarium
kan verder worden gedecoreerd met forse, harde planten,
stenen en wortels. Er moet voldoende vrije zwemruimte
zijn. Als voedsel moet klein voer worden gegeven dat het liefst van de bodem wordt opgenomen, zoals kleine wormen en muggenlarven. De kweek is redelijk eenvoudig. De soort is een zg larvofiele muilbroeder. De eieren worden op een substraat (bv een vlakke steen of blad) afgezet en bevrucht. Beide ouders bewaken en verzorgen de eieren. Na 24 uur worden de uitgekomen larven door beide ouders in de bek genomen. Ze blijven daar tot ze zelfstandig kunnen zwemmen. Ook daarna worden de jongen 's nachts en bij gevaar nog in de bek genomen. |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Sam Jaffe |
||||||||||||||||||||||
Synoniemen : Geophagus leucostictus, Satanoperca macrolepis IUCN Red List Status : Niet beoordeeld Van deze vis hebben wij nog geen artikelen beschikbaar. Als u een artikel geschreven hebt, en u wilt dat publiceren op deze pagina, stuur ons dan een mailtje. |
||||||||||||||||||||||
|